De Warren & Charlie-show: een dozijn hoogtepunten (II)
5. Munger ziet koopjes in China.
Warren Buffett en Charlie Munger zijn diepe believers in Uncle Sam: ze zijn immer optimistisch over de Amerikaanse economie over de lange termijn. Daarom investeren ze haast uitsluitend in Amerikaanse ondernemingen.
Ook al omdat enkele overzeese investeringen tegenvielen, zoals het Britse Tesco enkele jaren geleden.
Op vraag van een Duitse aandeelhouder benadrukte Buffett niettemin dat Berkshire Hathaway ook geïnteresseerd is in niet-Amerikaanse activiteiten: ‘We hebben het zodanig moeilijk om in de markt goede ideeën te vinden, dat we het ons niet kunnen veroorloven ook maar één idee te negeren. Maar het moeten wel grote investeringen zijn. En jullie mogen altijd tips geven. We betalen elke prijs, we beklimmen elke berg om de juiste ondernemingen te vinden, maar eigenlijk hebben we het liever als ze gewoon in onze schoot vallen.’
Charlie Munger is op een bepaald moment concreter. Hij merkt op dat de bemoeienissen van de Chinese overheid de prijzen van Chinese aandelen flink hebben aangetast: ‘Vooral die van internetaandelen. Daarom heb ik in China belegd de jongste tijd. Ik ben bereid wat meer risico’s te lopen om zo goedkoop in enkele ondernemingen te stappen.’ Munger zegt niet blind te zijn voor dat overheidsrisico.
6. Bitcoin: nooit van hun leven!
Dat Charlie en Warren een afkeer hebben van cryptomunten, wisten we al. Zondag ging Buffett daar een beetje op in, deze keer zonder grove woorden te gebruiken: ‘Of de koers van bitcoin nu stijgt of daalt volgend jaar, of over vijf of tien jaar, zou ik begot niet weten. Wat ik wel zeker weet is dat bitcoin niets van waarde produceert. Het heeft enkel een enorme aantrekkingskracht bij sommigen. Magie. Mensen hebben in het verleden al veel dingen magisch gevonden.’
Het punt is, volgens Buffett, dat activa, eender wat: appartementen, landbouwgrond, zelfs kunst, waarde hebben door iets tastbaars aan te bieden. ‘Bitcoin niet. Dat is ook geen munt. Er is slechts één aanvaardbare munt in Amerika‘, zegt hij terwijl hij een biljet van 20 dollar in de lucht houdt. ‘We kunnen ook Berkshire-muntjes uitgeven en eigen Berkshire-geld drukken en beweren dat dat echt geld is. Maar dit biljet is het enige geld. En ik zie geen reden waarom de regering van de Verenigde Staten zal toelaten dat het Berkshire-geld in de plaats zal komen.’
7. Warrens eerste stapjes op de beurs
Buffett vertelde ook over zijn jeugd: ‘Toen ik 9 jaar oud was, bezocht ik de New York Stock Exchange. Ik verafgoodde de plek. Ik stortte me op technische analyse en grafieken en allerlei gekke probeersels zoals het shorten van aandelen. Uren en uren aan een stuk. Ik verslond de boeken die ik op het kantoor van mijn vader vond. Ik kocht mijn eerste aandeel toen ik elf jaar oud was, in maart 1942. Pas toen ik rond mijn 19de het pas verschenen boek ‘Intelligent Investor’ van Ben Graham las, legde ik mijn aanpak vast. Na één paragraaf uit dat boek besefte ik dat ik alles al jarenlang totaal verkeerd deed.’
8. Stammentwisten: hoeveel is twee plus twee?
‘Mijn aanvoelen – het is niet meten of dat correct is of niet – is dat mensen vandaag veel meer in hokjes denken. In stammen. Wij tegen zij. Dat kan fijn zijn, maar het wordt gevaarlijk als zij die beweren dat twee en twee vijf is in conflict komen met zij die beweren dat twee en twee drie is‘, vertelt een duidelijk bezorgde Buffett. Wat nu gebeurt doet hem denken aan de jaren 30, toen het presidentschap van Franklin Roosevelt ook het land verscheurde: ‘In ons huishouden werd het dessert niet opgediend zolang niemand iets giftigs had gezegd over de president.’
